Een oefening in loslaten.
Geboren in de jaren zestig in een middenklasse gezin leek mijn toekomst geplaveid en hooguit bedreigd door het mogelijk binnenvallen van “De Russen” en akelige nucleaire moderniteiten zoals kruisraketten.
Ik droeg comfortabel demonstrerend op het Malieveld mijn puberale en idealistische steentje bij gewapend met spandoek en spuitbus.
In het kielzog van de kraakbeweging in Nijmegen deed ik ook iets vaags idealistisch tegen de leegstand en woningspeculatie om me vervolgens neer te leggen bij het kennelijk onvermijdelijke en overschakelde naar een geregeld bestaan met baan, man & kind.
Een patroon waarin ik niet uniek bleek (noteer ik met enig leedvermaak).
Ernstige bedreigingen leken aan mijn leven voorbij te gaan. Waar mijn ouders zich nog verzetten tegen “de moffen” en honger en armoede hebben gekend was mijn leven toch vooral comfortabel en met pluche bekleed. Echte bedreigingen leken iets te zijn uit voorbije tijden en de generaties voor mij, of zich af te spelen in landen ver weg.
Maar toen was daar opeens dat geniepige COVID-19-virus. Wohoo ! Ik werd ruw wakker geschud uit mijn behaaglijke sluimer.
Begrijp mij goed, ik heb niets te klagen. Ik ben niet ziek geworden en evenmin mensen uit mijn omgeving of bekenden. Ik heb geen oude ouders die allenig zitten te verpieteren in een verpleeghuis en het moeten doen met raamvisites van hun kinderen. Ik woon in een omgeving waar COVID zich niet heeft laten zien. COVID bleef voor mij een abstractie, waar ik slechts door nieuwsberichten en social media kennis van nam.
Oké, ik moest mij met een ingevuld formulier op straat begeven, maar c’était tout.
Door de paniek die door de wereld sloeg werden grenzen spoorslags gesloten en er ontstond een soort van “drie-dolle-dwaze-dagen-van-de-Bijenkorf-gekte” rond toiletpapier en mondkapjes. Ik sloeg het met verbazing gade.
COVID raakte ons en vele anderen in onze middelen van bestaan. Frankrijk mag dan een “sterk merk” zijn in toeristische termen, een dichte grens is een dichte grens. Ik en veel van onze gasten hoopten dat we het “Beam me up Scotty” machtig waren, maar helaas. We moesten lijdzaam afwachten wat het virus, de EU en alle afzonderlijke regeringen met ons voor hadden.
En lijdzaamheid moet u weten, is geen natuurlijk talent van mij.
De EU bleek bepaald niet op één lijn te zitten waar het op de aanpak van dit geniepige beestje aankwam. Dat wisten we eigenlijk wel, maar je hoopt op beter. Politiek geharrewar en onduidelijke berichtgeving waren het gevolg.
Gasten bevroegen ons alsof wij toegang hadden tot de bron der kennis: “Wat denken jullie, kan onze vakantie doorgaan ?”. Maar ook wij tastten in het duister en moesten ons behelpen met vaak tegenstrijdige of onvolledige informatie. En terwijl ik me een weg baande door het oerwoud van berichten becijferde ik onderwijl paniekerig wat dit financieel voor ons ging betekenen. Want het toeristische bedrijf in Frankrijk mag op de NL-se televisie doorgaans feestelijk omkleed worden met accordeonmuziek en lavendelvelden, het is uiteindelijk doodgewoon onze dagelijkse broodwinning. Ook hier moet le boursin sur le pain verdiend worden.
Op enig moment lukte het me zowaar om het allemaal maar gewoon te ondergaan. De slinkse wegen van een Corona-virus zitten immers niet – zoals dat zo mooi heet – in my circle of influence.
Uiteindelijk heb ik volop kunnen genieten van de opgelegde rust die de Franse lockdown ons bracht.
Als wandelen tot je hobby’s behoort én je hebt een energieke en wandelgrage hond is het vinden van een aangename tijdspassering hier niet zo moeilijk.
Toen we op 11 mei bovendien ook nog wat meer los mochten van Manu vierden we dat met vrienden tijdens een zonovergoten “Déjeuner sur l‘Herbe”, uiteraard met een Corona-biertje in de hand. Een genoeglijker middag heb ik in tijden niet gehad. Je gaat het echte samenzijn met vrienden nóg meer waarderen als je je zo lang hebt moeten behelpen met Facetimen en Whatsapp.
Ik begon mijn betoog met het aanhalen van de oorlog die de generatie voor ons ten deel is gevallen als life event. En hoewel COVID aan de poten van mijn bestaan zaagt kan het niet in de schaduw staan van hetgeen mijn ouders en hun generatie hebben meegemaakt, of mensen in minder fortuinlijker delen van de wereld dagelijks ondergaan.
Gelukkig maar, want dát is natuurlijk ook geen streven op zich. Echte doodsangst, een échte bedreiging van je bestaan….ik kan er gelukkig niet van meepraten.
Dus pa & moe, ik buig mijn hoofd in nederigheid. Ik ben safe & sound en weer een levenslesje rijker.
© Lydia Schmidt, Le Miracle – Vakantiehuizen in Zuid-Frankrijk – Cevennen
Wil je (delen uit) mijn blog gebruiken voor eigen doeleinden ? Dat zie ik als een compliment, maar graag in overleg én met bronvermelding.
0 reacties